Ieder denktrant een kleur

In een groepsproces zijn houdingen en karakters vaak sterk bepalend voor de voortgang. Zij uiten zich bijvoorbeeld in lichaamstaal en in het type argumenten dat iemand altijd bezigt. Neem bijvoorbeeld de "eeuwige plannenmaker" en de "eeuwige zwartkijker". Deze normale gedragingen en houdingen beïnvloeden de groepsprocessen. De relaties die zo ontstaan in een projectgroep kunnen heel complex worden. De techniek werd bekend als "de zes denkhoeden" en ontwikkeld door Edward de Bono kan dit patroon doorbreken en voorkomen. Het geeft een methodische aanpak weer van de meeste houdingen die in zo'n groep kunnen voorkomen. In de methode worden de zes houdingen bewust gemaakt en naar gelang de fase van het project in een bepaalde volgorde afgewisseld. Dit resulteert dikwijls in verrassende nieuwe wendingen in het proces, en het laat het proces vlotter verlopen. De vergadertechniek met de zes denkhoeden stelt iedereen in staat om 1 vergadering verschillende duidelijk gekozen rollen te spelen. We kunnen 6 verschillende kleuren definiëren die overeenkomen met denkstijlen die in een vergadering aan bod dienen te komen. De kleuren refereren naar het soort denken. De deelnemers zetten telkens een hoed op van de kleur waarin zij op dat moment wensen te communiceren. Het dragen van de hoeden maakt het mogelijk om dingen te denken en te zeggen die iemand anders nooit kan denken en zeggen, zonder zijn ego in gevaar te brengen.

de zes kleuren

de witte hoed: objectief

Maagdelijk wit denken, in de vorm van feiten, cijfers en informatie. Met de witte hoed streven de denkers naar een zo groot mogelijke objectiviteit. Het vergaren van informatie is het doel. Cijfermateriaal is hierbij nuttig, studies worden aangehaald. Bij het witte denken zou je je moeten inbeelden een computer te zijn die zuiver feiten weergeeft.

De rode hoed: subjectief 

De rode hoed verleent emoties, intuïtie en gevoelsoordelen een legitieme status als belangrijk bestanddeel van ons denken. De rode gedachten behoeven geen argumenten? De denker kan de rode hoed opzetten om een gevoel te uiten, maar ook aan anderen vragen om de rode hoed op te zetten. Op individueel, persoonlijk niveau kan dit een gevaarlijke hoed zijn. De proces begeleider houdt dit dan ook scherp in de gaten.

De gele hoed: positief 

De kleur van de zon verbeeldt het positieve en constructieve denken. Wat is er goed aan? De gele hoed brengt suggesties aan, zoekt naar de voordelen van een voorstel, ontwikkelt prille ideeën, bekijkt hoe ze in de praktijk werkbaar kunnen worden gemaakt. De gele denker is steeds op zoek naar kansen.

De zwarte hoed: negatief 

De denker met de zwarte hoed vestigt de aandacht op alles wat verkeerd kan gaan, onjuist is of risico’s inhoudt. Hij geeft aan waarom iets niet zal functioneren. Het ‘zwartkijken’ is een objectieve pogingen om de negatieve elementen toe te voegen aan de landkaart.

De groene hoed: creatief

Groen staat voor nieuw leven: deze hoed staat voor creatief denken, zoeken naar alternatieven, nieuwe ideëen, provocatie. Hier onstaan de nieuwe dingen. Niets is gek genoeg. Dit is procesmatig wel de meest kwetsbare hoed. Hier is het belangrijk de groene hoed op te houden en niet te vervallen in bijvoorbeeld de zwarte hoed. Het laatse is zeker bij hoger opgeleiden een risico.

De blauwe hoed: analytisch 

De blauwe overspant het denkproces. De blauwe hoed is de dirigent van het orkest, organiseert de vergaderingen, denkt over het denken. De blauwe denker definieert de problemen, formuleert de vragen en regelt de opeenvolging van de verschillende denktaken.

on